1. Het kwam er niet van. Tsja…
2. Ik hoor er niet bij. Begrijp ik. Maar dat lijkt maar zo. Bovendien is het donker in de zaal, dus niemand ziet je.
3. Ik weet er te weinig van. Moet ik die namen kennen die op het affiche staan? Nee! Vaak staan ze erop om de acteurs een plezier te doen. Bijna niemand kent ze.
4. Ik ben arts, dus ik vrees er altijd voor dat ik moet reanimeren op mijn vrije avondje. Klopt, er zitten vaak erg veel oudjes in de zaal. Niet voor niets, zij kennen de waarde van theater. Maar bedenk wel: de meeste reanimaties vinden plaats in en om het huis of op straat. Er is in Nederland gemiddeld één reanimatie per dag nodig tijdens sport en ontspanning. “Is er een dokter in de zaal?” komt vooral voor in films en oude kluchten.
5. De voorstelling duurt veel te lang. Een goed stuk kan zo drie uur duren. Klopt, dat lijkt enorm lang. Maar de gemiddelde Nederlander zit iedere dag ook drie uur op zijn telefoon, en drie uur voor de tv. En daar is nooit iets op te zien, dat weet iedereen.
6. Ze acteren altijd zo overdreven met een luide stem. Je bent echt al heel lang niet meer geweest.
7. Alle voorstellingen lijken zo op elkaar. Dat valt wel mee. Het is vooral het boekje van de schouwburg dat als een eenheidsworst smaakt. Een veel voorkomende gedachtefout van schouwburgen is om alle voorstellingen keurig en geordend in eenzelfde stijl te willen presenteren aan het publiek.
8. Ik weet nooit zeker of ze weer helemaal uit de kleren gaan. Tsja, dat blijft natuurlijk altijd een verrassing.
9. Ik vergeet altijd mijn inlogcodes op de site van de schouwburg. Ja, maar de C&M regelt de kaartjes, dus dit is niet jouw probleem.
10. Ik heb niemand in de buurt die mij vertelt wat goed is. Geloof ons, dit is goed.
11. Ik heb al een abonnement op Netflix. Er wordt steeds meer gebinged in het theater.
12. Ik heb geen behoefte aan een somber levensverhaal. Tsja. Als je de tekstjes op flyers leest, lijkt het verhaal vaak niet zo vrolijk. Vermijd inderdaad voorstellingen die als ‘schrijnend’ of ‘aangrijpend’ worden omschreven! Maar geloof me, er zijn weinig regisseurs die een echt neerslachtige voorstelling maken. De meesten bieden hoop, humor en inspiratie. Theatermaken is kwetsbaar. Vaak durven makers niet te beloven dat de voorstelling leuk of amusant wordt of ze komen er niet graag voor uit.
13. Kunst is niet mijn primaire levensbehoefte. Met de stelling “Kunst is een belangrijk onderdeel van het leven” is 59% van de Nederlanders het oneens. Je bent dus niet de enige die kunst niet ziet als een primaire levensbehoefte! Wordt het trouwens niet eens tijd om aan je secundaire levensbehoeftes te gaan werken? We zijn geen holbewoners meer.
14. Ik raak geïrriteerd van de vele mails van mijn theater, dus ik wil geen klant meer zijn. Ja maar dit is dus weer niet jouw probleem maar van de C&M dus...?
15. Mijn vriend heeft geen zitvlees. Een veel voorkomend probleem: de stomme vriend. Mensen denken dat ze met hun partner naar toneel moeten gaan. Hoeft niet! Ga met een goede vriend(in), een minnaar, of alleen. Of met de C&M!
Credits: https://www.cultuurmarketing.nl/15-obstakels-om-naar-theater-gaan/